Vrijdag vieren wij carnaval op school en die dag wil ik niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Daarom bedacht ik een uitdagingenspel dat we in de namiddag kunnen spelen.
Voor het spel baseerde ik mij op het concept van ‘Binnen de minuut’: de leerlingen krijgen allerlei opdrachten voorgeschoteld en moeten deze binnen de minuut tot een goed einde zien te brengen. Hier en daar heb ik het concept wat aangepast maar het idee haalde ik hiervan.
In mijn klas zitten 17 leerlingen dus ik maak groepjes van 3 à 4 leerlingen zodat er 5 groepjes zijn. Op deze manier komen de kinderen vaak aan bod en is het toch geen te grote drukte. De groepjes zullen willekeurig verdeeld worden. Wie de opdracht moet uitvoeren, zal ook willekeurig bepaald worden maar het is sowieso uit elke groep iemand. Per opdracht nemen dus 5 leerlingen deel. Wanneer er een opdracht start, trek ik uit elke groep een naam en die persoon zal spelen.
Sommige opdrachten zijn heel duidelijk afgebakend en hebben een bepaald doel dat binnen de minuut bereikt moet worden, andere opdrachten worden gewoon uitgevoerd gedurende 1 minuut en wie de opdracht dan het best heeft gedaan is de winnaar. Iedere ploeg verdient punten bij elke opdracht, aangezien er 5-4-3-2-1 punten te verdelen zijn. Zo zal geen enkele ploeg eindigen met 0 punten. Op het einde geef ik de ploeg die het beste als team gespeeld heeft ook nog 3 bonuspunten.
Ik zet voor jullie even de opdrachten op een rijtje en leg ook uit hoe ik het zal aanpakken.
De suikertoren – Elke leerling neemt een stokje van een ijslolly in zijn mond zodat de helft van het stukje uit de mond steekt. Vanaf dan wordt de timer gestart en begint de tijd te lopen. De leerlingen proberen nu zoveel mogelijk suikerklontjes op het stokje op te stapelen zonder dat ze vallen. Als de klontjes vallen, moeten ze opnieuw beginnen. Als de tijd om is, wordt er gekeken wie de meeste suikerklontjes op zijn stokje heeft.
Tik omhoog – Elke leerling krijgt 2 opgeblazen ballonnen. Eén hand wordt op de rug gehouden. De leerling moet nu de ballonnen zo lang mogelijk met 1 hand in de lucht houden. Wie het het langst kan volhouden, is de winnaar. Dit is dus geen opdracht die binnen de minuut uitgevoerd moet worden.
Cookiemonster – Elke leerling houdt zijn hoofd achterover en krijgt een koekje op zijn voorhoofd. Zodra de tijd begint te lopen, moeten de leerlingen hun koekje in hun mond krijgen door hun hoofd te bewegen, de handen/armen mogen niet gebruikt worden. Als het koekje op de grond valt, moet opnieuw begonnen worden. Diegene die als eerste het koekje volledig opgegeten heeft, is de winnaar.
Neusje plak – Elke leerling smeert het topje van zijn neus in met vaseline. Aan de ene kant staan kommen vol wattenbolletjes, aan de andere kant lege kommen. Elke speler moet nu met zijn neus wattenbolletjes oppakken en in de lege kom gaan leggen. De winnaar is diegene die na 1 minuut de meeste wattenbolletjes in zijn kom heeft liggen.
Ri ra rietje – Elke leerling krijgt een bord vol m&m’s voor zich, een leeg bord en een rietje. De bedoeling is om binnen de minuut zo veel mogelijk m&m’s te verplaatsen naar het lege bord door deze met het rietje op te zuigen en te verplaatsen.
De zuurpruim – Elke leerling krijgt voor zich een zure mat (die snoepjes). Het doel van het spel is om deze zure mat zo snel mogelijk en zonder handen op te eten. Ook deze opdracht is dus niet getimed. De snelste speler wint.
Chinese stokjes – Elke leerling heeft 2 satéstokjes/chinese stokjes in zijn hand. Voor hem staan blokjes (ik gebruik de blokjes van het MAB-materiaal) die met de stokjes naar een leeg kommetje verplaatst moeten worden. Deze opdracht duurt wel precies 1 minuut; wie bij het verstrijken van de tijd de meeste blokjes kon verplaatsen is de winnaar.
De toren stort in – Elke leerling krijgt voor zich een toren van 3 bekers met daartussen 2 stukjes karton. De bekers zijn zo opgestapeld dat onderaan een beker staat, daarbovenop een stukje karton, daar weer een beker op en dan nog eens karton en een beker. De bedoeling is om de stukjes karton één voor één weg te trekken, waardoor de bekers in elkaar vallen en je dus eigenlijk een kleine stapel bekers krijgt. De leerlingen krijgen 1 minuut de tijd om dit te proberen. Als het niet lukt, moet de opstelling helemaal opnieuw opgezet worden. Als het na 1 minuut nog niet gelukt is, krijgt die speler 1 punt, de anderen krijgen punten in volgorde van wie het snelst was.
Ziezo, dit zijn de opdrachten die ik heb verzameld voor mijn klas. Een leuke variant om te bepalen wie mag spelen, is de leerlingen zelf laten beslissen nadat ze de titel van de opdracht gehoord hebben. Hierdoor kunnen ze overleggen over wat ze vermoeden dat de opdracht is en zo hun meest capabele speler afvaardigen.
Ik weet dat het redelijk last minute is dat mijn spelidee online komt maar hopelijk heb ik jullie hiermee toch nog kunnen inspireren om de klas ook uit te dagen om deze knotsgekke opdrachten tot een goed einde te brengen.
De juffrouw zegt 