De voorbije maand praatte ik met de kinderen meermaals over het thema ‘de vasten’. Alle onderdelen kwamen aan bod, van Aswoensdag tot Pasen zelf. Ik vertelde hen verhalen, zong liedjes, deed verwerkingsopdrachten en liet filmpjes zien. Op deze manier werd voor de kinderen stukje bij beetje duidelijk wat in die 40 dagen allemaal gebeurd is en waar al deze gebeurtenissen symbool voor staan. Om de geziene leerstof vast te zetten, maakte ik een werkblad.
Ik vertelde in de klas over de 6 belangrijkste dagen van de periode van en voor Pasen: Aswoensdag, Palmzondag, Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Stille Zaterdag en Pasen zelf. Nu is het voor kinderen allemaal wel veel informatie om te verwerken en is het niet altijd even gemakkelijk om door het bos de bomen nog te zien. Om eens te kijken welke elementen nu bij welke dag horen, maakte ik een werkblad met een herhalingsoefening.
Op het blad staan de 6 belangrijke dagen. Er staan ook heel wat losse woorden en zinnen op het blad. Het is de bedoeling dat de kinderen de woorden gaan verbinden met de juiste dag. Hierbij kunnen ze mondeling toelichten waarom ze die woorden en zinnen precies met de gekozen dag linken. Een ideaal werkblad dus om de leerstof even op te frissen en vast te zetten.
Wil je het werkblad ook graag gebruiken, klik dan op de afbeelding.